Bij de voorportaallijst gaat het om investeringen die niet binnen de kaders van de SIA passen waarvoor op dit moment geen geld beschikbaar is.
1.   Energietransitie en warmtetransitie
2.   Verkabeling Diepenveen en Colmschate
3.   Vergroten capaciteit sluiscomplex
4.   Vastgoed verduurzaming
5.   Vastgoed de Ulebelt
6.   Waterveiligheid en maatregelen IJssel (richting 2050)
7.   Hoogwaterkering binnenstad
8.   NIEUW Bijdrage aansluiting N348 Epse-Gorssel

Investeringen

Bruto investering

Bijdragen derden

Beschikbare dekking

Benodigd

Voorportaallijst

Energie- en warmtetransitie

0

0

Verkabeling Diepenveen en Colmschate

53.950

-43.160

10.790

Vergroten capaciteit Sluiscomplex

73.000

73.000

Verduurzaming vastgoed

69.500

-32.700

36.800

Vastgoed de Ulebelt

1.525

-500

1.025

Waterveiligheid en watermaatregelen IJssel (2050)

nntb

Hoogwaterkering binnenstad

1.000

1.000

NIEUW Capaciteitsuitbreiding N348 aansluiting Deventer Centrum

23.594

-19.528

-600

3.466

Totaal Voorportaallijst

222.569

-63.188

-33.300

126.081

Toelichting:

Energietransitie en warmtetransitie
De grote opgave waar we als maatschappij voor staan, is de energie- en de warmtetransitie. Dit heeft ook grote financiële impact maar is vooralsnog moeilijk te kwantificeren. Dit kan niet zonder rijksmiddelen maar ook niet zonder investeringen van de gemeente.

De opwekking van energie zal CO2-neutraal moeten plaatsvinden. Dit betekent ook dat we een andere infrastructuur nodig hebben om de opgewekte energie op het juiste moment op de juiste plek te krijgen. Ook het aardgasvrij maken van de bebouwde omgeving vraagt forse investeringen van bedrijven, particulieren, corporaties en overheden. Dit kan naar verwachting niet zonder rijksmiddelen.

De gemeente zal zelf nauwelijks investeren in hardware voor de grootschalige energieopwekking (wind/zon) of de warmtetransitie. Dat is voor de warmtetransitie met name aan particuliere huisbezitters, beleggers en corporaties. Energieleveranciers staan aan de lat voor verzwaring van het netwerk om zo voor de toekomst de energievoorziening te kunnen garanderen. Op het niveau van het laagspanningsnet zijn er in de bebouwde kom van Deventer ca. 120 extra transformatorhuisjes nodig tussen nu en 2030 en 1 op de 3 straten gaan daarvoor op de schop. De investering van de transformatorhuisjes en het leggen van nieuwe kabels zijn voor rekening van de netbeheerder. Naast de uren voor vergunningverlening zullen we als gemeente ook kosten maken voor de herinrichting van de openbare ruimte. Door dit zo veel mogelijk te combineren met andere geplande werkzaamheden kunnen de kosten worden beperkt.

De ontwikkeling en realisatie van Smart Energy Hubs als remedie tegen de netcongestie vraagt naar verwachting ook om gemeentelijke investeringen.

Commerciële partijen en/of energiecoöperaties investeren in de aanleg en exploitatie van windmolens en zonneparken. Voor de realisatie van zonnepanelen boven parkeerplaatsen (solar carports) zal de veelal onrendabele top gefinancierd worden met publiek geld. De Tweede Kamer heeft in maart 2023 besloten dat parkeerterreinen zo veel mogelijk overdekt moeten worden met zonnepanelen. De financiële consequenties hiervan voor gemeenten, dus ook voor Deventer, is nog onbekend.

Er zijn onderdelen van het energiesysteem die nu nog niet belegd zijn en waar een investering van de gemeente gevraagd zal worden. Het gaat dan met name over energie infrastructuur.

  • De Warmtewet 2.0 treedt in werking op 1 juli 2024. Hierin wordt geregeld dat de bestaande en nieuwe warmte-infrastructuur voor minimaal 50% + 1 in publieke handen komt.  Na de inwerkingtreding is er een ingroeiperiode van 7 jaar. Na deze periode moeten alle warmtebedrijven voldoen aan deze eis. Dit kan grote investeringen vragen van de gemeente waartegenover inkomsten staan in de jaren ná de investeringen. Nog niet te overzien is het of hiervoor ook onrendabele investeringen van de gemeente nodig zijn. Het gaat niet alleen gelden voor Slim Warmtenet Zandweerd maar ook voor alle bestaande netten (bijv. in de Deltabuurt en Keizerslanden) en andere mogelijke nieuwe warmtenetten.
  • Toekomstbestendige energievoorziening op bedrijventerreinen in Deventer vraagt niet alleen Netverzwaring. Slim uitwisselen, omzetten en opslaan, en duurzaam laden van transport zijn belangrijke onderdelen van een toekomstbestendige Smart Energy Hub. De gemeentelijke rol zal vooral gericht zijn op procesbegeleiding en onafhankelijke informatievoorziening.
  • Verschillende boerenbedrijven in de gemeente Deventer willen biogas opwekken uit rundveemest. Dit biogas kan omgevormd worden tot groen gas, waardoor het op de bestaande gasleiding ingevoegd kan worden. Dat is alleen haalbaar in een businesscase als boeren dat gezamenlijk doen. Dat vraagt een investering in een klein biogasnetwerk naar een gezamenlijk opwerkstation. We verwachten een financieringsvraag van deze ondernemers. Niet alleen voor het biogasleidingwerk maar mogelijk ook voor een toekomstgericht opwerkstation (waar in de toekomst meer boeren op kunnen aansluiten).

Verkabeling Diepenveen en Colmschate
In Deventer ligt de ambitie vast om alle hoogspanningsleidingen onder de grond te brengen (verkabelen). Bij de raad ligt voor of we verder gaan met het basisontwerp. De totale investering wordt geraamd op ruim € 53 mln. Deventer zal op basis van huidige afspraken 25% van de uiteindelijke investeringskosten moeten dekken. Dit komt overeen met een bedrag van ca € 10,79 mln.

Vergroten capaciteit sluiscomplex
Gemeente Deventer is eigenaar van een van de grootste binnenhavens van Nederland met een oppervlakte van 20 ha. De haven met 5 havenarmen en de Prins Bernhardsluis van 12 x 100 meter en 2 Hanzebruggen zijn in beheer en eigendom bij gemeente Deventer.
Gezien de ambities rond de haven, de ontwikkeling van de logistiek, de problematiek rondom waterveiligheid en de klimaat- en duurzaamheidsopgave is een onderzoek uitgevoerd “Toekomstverkenning Prins Bernhardsluis Deventer” (Nota 2024-92 d.d. 9 april 2024). Tevens is invulling gegeven aan de motie "Vaart in de haven, overdracht sluis" (d.d. 30-06-2021).

Als gevolg van de ontwikkeling van de Haven, wordt duidelijker dat de functionele capaciteit van de sluis beperkt is. De maximale schepen op de IJssel (CEMT klasse Va) zijn groter dan de afmetingen van de huidige Deventer sluiskolk. Daarnaast komt over ca. 10 jaar het einde van de levensduur van het sluiscomplex in zicht.

Een mogelijke vervanging van de Prins Bernhardsluis op termijn is zeer kostbaar. Een grove schatting voor alleen het vervangen van de nautische sluis is geraamd op € 73 miljoen. Dit exclusief bijkomende kosten aan voorhaven en oevers in de haven. Deze investering kunnen niet alleen door gemeente Deventer gedragen worden. Er zijn in Nederland zeer weinig gemeenten die een volwaardig sluiscomplex in een primaire waterkering moeten onderhouden (en vervangen). Het rijk, provincie, regio en het bedrijfsleven zullen moeten bijspringen.

Vastgoed verduurzaming
In de kadernota vastgoed hebben wij aangegeven dat wij een voorbeeldfunctie hebben als het gaat om de verduurzaming van ons eigen vastgoed. Nieuw te bouwen gebouwen gaan wij maximaal energiezuinig realiseren zodat deze voldoen aan ENG. Gebouwen die gerenoveerd worden maken we gelijktijdig zo energiezuinig mogelijk, bij voorkeur op ENG.
Verduurzaming van het gemeentelijke vastgoed is niet vrijblijvend. De uitdaging om de uitstoot van broeikasgassen terug te brengen is vertaald in de Klimaatwet. Hoofddoel voor de gebouwde omgeving is het bereiken van 95% CO2 reductie in Nederland in 2050 ten opzichte van 1990 en als tussendoel streven naar minstens 55% CO2 reductie in 2030 ten opzichte van 1990.  In aanloop naar de voorjaarsnota 2023 ligt de portefeuillestrategie en het investeringsprogramma verduurzaming vastgoed ter besluitvorming aan de raad voor. Met deze kaderstellende stukken geven wij aan op welke wijze wij willen toewerken naar het realiseren van de klimaatwetdoelstellingen.  
Voor de gemeente Deventer betekent dit dat om de doelstelling 2030 te halen jaarlijks 5,2% CO2 reductie gerealiseerd moet worden. Om het totale gemeentelijke kernbezit (incl. onderwijshuisvesting en sportbedrijf) van de gemeente Deventer dat verwarmd wordt (ruim 153 panden) in 2050 energieneutraal te krijgen is een investering van ongeveer 128 miljoen bruto noodzakelijk.
De grootste opgave voor de verduurzaming van het gemeentelijke vastgoed ligt in de periode tot en met 2030. Om de doelstelling van 55% CO reductie in 2030 te realiseren is een investering van bruto €69,5 miljoen nodig. Dat is netto €48,7 miljoen, omdat een deel van de investering gedekt kan worden uit het budget planmatig onderhoud en deels uit de energiebesparing door afspraken te maken met huurders. Ongeveer 70% van de bruto investering is dus onrendabel. In de portefeuillestrategie is aangegeven volgens welke financiële spelregels wij de verduurzaming willen realiseren. De feitelijke dekking voor de financiële consequenties gebeurt via afzonderlijke besluiten, zoals bijvoorbeeld de voorjaarsnota en de reguliere P&C cyclus. Van het onrendabele deel is een deel reeds gedekt; in de begroting 2024 is €6 miljoen eenmalig en €370.000 structureel beschikbaar. De resterende benodigde dekking bedraagt daarmee €36,8 miljoen; dat is structureel 2,55 miljoen. Per jaar is een investering van oplopend naar ruim €6 miljoen netto nodig, dat leidt tot een structurele kapitaallast van €2,55 miljoen in 2031. In het investeringsprogramma zijn de investeringen en de dekkingsbehoefte in meerjarig perspectief weergegeven. In het investeringsprogramma is een jaarlijks gemiddelde aangehouden. Aandachtspunt is het investeringsritme; wanneer het een logisch moment blijkt een groot pand al in de eerste jaren (bijvoorbeeld 2025) te verduurzamen, zal de investeringsbehoefte en dus de noodzakelijke financiële middelen naar voren schuiven. En vice versa. Dergelijke bijstellingen maken onderdeel uit van de portefeuillestrategie.

Vastgoed de Ulebelt
In het bestuursakkoord Dichtbij, Betrokken & Bevlogen heeft het college uitgesproken het vastgoed te verduurzamen waaronder de Ulebelt. Daarnaast heeft het college aangegeven de Ulebelt breder dan alleen een milieu en duurzaamheidscentrum te zien en een wijkvoorzieningsfunctie passend te vinden voor deze locatie. De exploitatie van de Ulebelt staat al langere tijd onder druk, daarom is voorgaande jaren gewerkt aan een toekomstvisie

De adviezen in de “Oplegbrief SME bij de Toekomstvisie ”van de Ulebelt zijn in de raadsvergadering van 19 april 2024 vastgesteld. Onderdeel van de was ook om te starten met het uitwerken van te nemen investeringsmaatregelen in de Ulebelt conform de kadernota Vastgoed om daarmee het vastgoed en terrein op orde te brengen. Om dit te realiseren is een investering nodig met van ca € 1,525 mln voor alleen het hoofdpaviljoen. Deze investering is opgebouwd uit meerdere pijlers te weten verbouw/nieuwbouw, onderhoud en verduurzaming. Bij de verbouw/nieuwbouw van de Ulebelt is het een natuurlijk moment om het onderhoud en de verduurzaming meet te nemen (werk met werk maken). Voor de verduurzaming is al een reservering gemaakt van € 0,5 mln. In de voorportaallijst wordt de resterende investering opgenomen.

Waterveiligheid en maatregelen IJssel (richting 2050)
Nieuwe landelijke waterveiligheidsnormering zullen op lange termijn > 2050 gevolg hebben voor hoe rond de binnenstad de waterveiligheid kunnen garanderen. Tegelijkertijd spelen daar de nodige die van invloed kunnen zijn op lokale waterstanden en waterkeringen. Zoals ontwikkelingen met betrekking tot de binnenvaart. Ook hebben we aandacht voor klimaatadaptatie bij ruimtelijke ontwikkelingen. Op lange termijn zijn investeringen in waterveiligheid nodig.

Hoogwaterkering binnenstad
De hoogwaterkering van de IJssel loopt dwars door het centrum van de stad via de Polstraat, onder de Lebuïnuskerk door naar de Noordenbergstraat. Dat is de formele hoogwaterkering zoals deze door het waterschap wordt gehanteerd. Dat betekent dat een stuk van de binnenstad in de uiterwaarden ligt. Bij waterstanden boven de 6,30m+NAP loopt het ijsselwater deze uiterwaarden binnen. De gemeente beschermt dit deel van de binnenstad door met bigbags afsluitingen te maken. Daarnaast nemen de bewoners langs dit deel van de IJssel de nodige maatregelen bij hun deuren en tuinmuurtjes om het water tegen te houden.

De gemeente stelt daar zandzakken voor beschikbaar. De bigbags zijn aan elkaar gekoppeld. Ze kunnen slechts éénmaal gebruikt worden. Er is nog één set bigbags beschikbaar. Een set aan elkaar gemonteerde bigbags kost ca. 80.000 euro.
Momenteel zijn er modernere systemen beschikbaar om de stad tegen hoog water te beschermen. Gedacht wordt aan aluminium profielen. We willen onderzoeken of een dergelijke kering in Deventer aangebracht zou kunnen worden, wat daar technisch voor nodig is en welke kosten daar mee gemoeid zijn.

Voor de daadwerkelijke realisatie wordt op voorhand een raming van € 800.000 - € 1.000.000 gehanteerd. Deze wordt vooralsnog opgenomen op deze voorportaallijst.

Bijdrage aansluiting N348 Epse-Gorssel
Provincie Gelderland onderzoekt samen met de gemeenten Lochem en Deventer de mogelijkheden om het verkeer op de N348 tussen Epse en de oprit naar de A1 bij Deventer vlot en veilig door te laten stromen. De verbreding van de A1, de ontwikkeling en de westelijke ontsluiting van het A1 Bedrijvenpark, toekomstige woningbouwontwikkelingen in de regio en de autonome groei van het verkeer maken het noodzakelijk om maatregelen te treffen. In de bestaande situatie loopt het verkeer in de spitstijden al vast. Zonder ingrijpen zal de bereikbaarheid van het gebied verder onder druk komen te staan.

De kosten worden tussen de provincie en de gemeente verdeeld conform de potentheorie. Dit komt voor de gemeente Deventer neer op een bijdrage van circa € 4 miljoen. Dit bedrag is gebaseerd op een eerste grove raming met de nodige risico opslagen. Afhankelijk van de exacte scope van de reconstructie/ontsluiting is er binnen de grondexploitatie al een bedrag beschikbaar van circa € 0,7 mln. tot € 1,6 mln. Op basis van de huidige inzichten is een aanvullende budget nodig van € 3,3 mln. tot € 2,4 mln. (inclusief de risico opslagen).